Fake it ’till you make it.
Ik ken mensen die erbij zweren. Die hun dag doorkomen met bluffen dat ze ‘alles’ weten. Die liever niet doorvragen als ze iets niet begrijpen, maar gewoon doen alsof ze het snappen. Net zolang, tot dat ook echt zo is.
En hoewel ik best vaak bang ben om er niet bij te horen, om dom gevonden te worden, of dat mensen iets van me vinden, lukt het me echt niet om te “faken ’till I make it”. Het druist in tegen mijn rechtvaardigheidsgevoel, hoge lat, kritische instelling. Dat dóe je toch niet? Ik word er soms zelfs lichamelijk naar van, als ik doe alsof ik iets begrijp of kan.
Maar hoe werkt het dan, wanneer ik mezelf een duwtje in de rug wil geven? Doen alsof ik kan hardlopen, zodat ik in ieder geval ga? Doen alsof ik de beste tennisspeler van de wereld ben, zodat ik in ieder geval oefen? Gewoon ‘proberen’ en doen alsof?
Het lijkt me in ieder geval een stuk efficienter dan wat ik doe. Ik fake it niet ’till I make it, ik begin er gewoon niet eens aan. Want “ik kan het toch niet”. Lekker behulpzaam en motiverend, zul je denken. Not. Inmiddels vraag ik me ook wel eens af of dit niet een deel van mij is dat me graag veilig houdt. Dat niet zo graag wil dat ik verander. Blijf maar lekker waar je bent, dan kan er ook niets mis gaan;) En dat gaat op deze manier wonderbaarlijk goed.
Dus soms trap ik mezelf uit m’n comfortzone. Omdat “een beetje” voor mij niet werkt. Omdat “fake it ’till you make it” voor mij niet lekker voelt. Ik weet gewoon dat ik het nog niet kan en als ik mezelf de ruimte geef om te leren, vragen te stellen, me af en toe dom te voelen en te groeien, kom ik er echt wel.
Hoe ga jij om met dingen die je nog niet kunt? Do you fake it ’till you make it?
PS. Vanavond is het peerminar en zaterdag De natuur in met Jente! Zin om erbij te zijn? Meld je hier aan.